‘We gaan elkaars billen niet afvegen’

Foto: Op dit weiland moeten de hofjeswoningen in Oosterdalfsen Noord komen

‘Ik denk dat wij oudjes elkaar straks heel goed kunnen helpen. Joke Koopman (67) heeft het hele proces van oud worden bij haar moeder van dichtbij meegemaakt. ‘De lichamelijke verzorging door thuiszorg is allemaal perfect geregeld in Nederland, maar de eenzaamheid vang je daar niet mee op.’ Ze wil dit voor zichzelf graag anders organiseren.

De woningmarkt en ouderenzorg vertonen signalen van vastlopen. Jongeren kunnen lastig een woning vinden en ouderen hebben weinig mogelijkheden om kleiner te wonen. Volgens Daniëlle Harkes, onder andere expert huisvesting aandachtsgroepen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) kan de zorg de enorme vergrijzing niet aan.

‘De zorg heeft niet het personeel om voor al die ouderen te zorgen. Als je kijkt naar de verhouding ouderen ten opzichte van mensen op de arbeidsmarkt, dan zou in de komende jaren één op de drie mensen in de zorg moeten werken. Dat gaat niet lukken.’ De ouderenzorg is de afgelopen tijd geïnstitutionaliseerd. ‘Daar zijn we ook naar gaan leven. We zijn een beetje verleerd dat je eigenlijk ook best veel voor elkaar kunt zorgen.’

In Dalfsen is – net zoals in andere plaatsen in Nederland – een plan om hofjeswoningen te realiseren. Er moeten twee hofjes in Oosterdalfsen Noord komen met in totaal zo’n twintig woningen. Het is een van de mogelijkheden om de druk op de woningmarkt in het dorp te verlichten. Daarnaast denkt Harkes dat het gemeenschapsgevoel versterkt wordt in zo’n hofje.

Joke Koopman staat op de lijst van hofjeswoningen. Zij woont al 15 jaar samen met haar man Kees in Hoonhorst. Zij willen graag op termijn naar Dalfsen verhuizen. Ze zijn allebei nu nog fit, maar ze realiseren zich allebei dat dit in de toekomst gaat veranderen. Er zijn bijna geen voorzieningen in Hoonhorst. Ook wonen hun kinderen niet in de directe omgeving. Zij ziet vooral het onderlinge contact en het naar elkaar omkijken als een groot voordeel. Daarnaast denkt zij dat zorg gezamenlijk inkopen geld kan besparen.

(Onderlinge) zorg

Volgens Van Eeken, procesregelaar Stichting Knarrenhof, zijn het vooral praktische dingen die bewoners voor elkaar kunnen betekenen. Denk aan boodschappen doen of een keertje koken. ‘We gaan elkaars billen niet afvegen.’ Knarrenhof koopt overigens de zorg niet gezamenlijk in, maar het is wel iets wat ze misschien in de toekomst willen doen.

Harkes vindt hofjeswoningen een hele mooie woonvorm. ‘Als je weet dat je in een soort gemeenschap woont, mensen kennen je. Mensen kijken naar je om. Dan durf je ook eerder kleine hulpvragen te stellen.’ Door een betere basis voorkom je volgens haar vaker grotere hulpvragen, maar niet altijd. ‘Het kan het moment waarop je echt naar een verpleeghuis moet uitstellen.

‘In het appartementencomplex waar mijn moeder woonde, hingen vijf sleutelkastjes. Voor elke zorgorganisatie één. De combinatie van makkelijker en kleiner wonen met gezamenlijke contacten en dingen organiseren vind ik ideaal. Je gaat er niet wonen om elkaar te verzorgen, eerst bouw je sociale band op. De rest komt later’, stelt Koopman.

Volgens Harkes is het gedachtegoed belangrijker dan de bouwvorm. ‘Of het in een hofje gebouwd is of een appartementencomplex, dat maakt niet uit.’ Volgens haar kunnen hofjes prima in gebieden waar voldoende grond is. ‘De gedachte van: wij gaan hier wonen, we kijken naar elkaar om is een hele mooie.’ De gezamenlijke ruimte en tuin zijn volgens haar belangrijk voor de verbinding met elkaar, in combinatie met privacy in de eigen woning.

Harkes denkt dat de woonvorm niet alleen voor ouderen een oplossing is. ‘Het is een manier om eenzaamheid wat tegen te gaan, dit komt bij alle leeftijden voor. De zorgexpert ziet het vooral als een oplossing voor het landelijke gebied. ‘In steden is het bijna niet te realiseren.’

Jongeren geven een ander soort dynamiek

Bij meergeneratiehofjes zorgen jongeren vooral voor een nieuwe blik. ‘Het geeft een ander soort dynamiek’, stelt Van Eeken. ‘In een van onze hofjes organiseert een jongere elke maand een pubquiz.’ In zo’n hof zien de woningen er ook anders uit. Niet elke woning is levensloopbestendig. Op deze manier wil de organisatie sturen naar verjonging. In Oosterdalfsen Noord komt een meergeneratiehof. 

Bij een van de traditionele hofjes merkt Knarrenhof wel dat de ouderen zorgbehoevend worden. ‘Als dat voor iedereen geldt, is dat natuurlijk niet handig.’ Door meer balans in het hofje te hebben kan dat probleem deels aangepakt worden. ‘Als er iemand woont die gewoon een auto heeft om je naar het ziekenhuis te brengen, dan kan externe hulp van zorginstellingen langer uitgesteld worden. De seniorenhofjes bestaan voornamelijk uit mensen van 55 jaar en ouder. Daarnaast wonen er maximaal twee iets jongere mensen.

Harkes stelt dat er voor ouderen wel een nadeel is met instroom. ‘Mensen van de middengroep gaan in de loop van de tijd bij de ouderen horen. Dan krijg je weer instroom van jongere erbij, maar niet meer van ouderen.’ Een ander mogelijk nadeel zijn de verschillende leefstijlen. Harkes haalt wel aan dat er genoeg voorbeelden zijn waar dat goed gaat, zoals in Zwolle bij Humanitas. Soms is het zelfs zo dat jongeren meer last hebben van de ouderen dan andersom. ‘De televisie staat soms enorm hard, omdat sommige ouderen een beetje doof zijn.’