De verloren zwemplek van Scharnegoutum

Jan Luimstra (73) is geen man van stilzitten. Hij heeft 44 jaar als gemeenteambtenaar in verschillende vestigingen van Sociale Zaken gewerkt, zoals Stiens en Heerenveen. Na 10 jaar in Heerenveen te hebben gewoond besloot hij samen met zijn vrouw Akke naar het kleine dorp Scharnegoutum te verhuizen. Het bevalt hen hier al 33 jaar goed, en Jan is actief betrokken bij het dorp als secretaris van het dorpsbelang. Na zes jaar als secretaris heeft hij genoeg meegemaakt, maar er is één casus die hem nog altijd achtervolgt.

Huiselijk
Huize Luimstra is knus ingericht en past in de stijl van een ouder, maar modern echtpaar. Het stel zit tegenover elkaar aan tafel met een kop dampende koffie voor zich. Akke zit achter haar laptop en Jan is de huis aan huis aan het doorbladeren terwijl hij vertelt over hoe hij en zijn vrouw in Scharnegoutum zijn neergestreken. Beiden zijn ver over de pensioengerechtigde leeftijd met 73 en 71 jaar. Jan is lang en dun, met een borstelige baard en een gezicht dat duidt op een leven lang hard werken. Akke oogt pienter en kijkt met een serene blik de wereld in. 

Jan werd geboren in toeristendorp Appelscha en Akke in Loëga, vlak bij Scharnegoutum. De eerste jaren van hun huwelijk woonden ze in Heerenveen, maar het klimaat daar sprak hen niet aan. Er was veel overlast, dus zei het stel tegen elkaar: we moeten hier maar weg. Al snel vertrok het stel naar Scharnegoutum, waar het ze een stuk beter beviel.

Secretaris
Na zijn pensionering als gemeenteambtenaar is Jan inmiddels een aantal jaren secretaris van het dorpsbelang. Hij glimlacht als hij denkt aan het begin van zijn carrière als secretaris. De voorzitter sprak hem aan en vroeg of hij het stokje wilde overnemen. Dat wilde Jan niet. Hij wilde per se secretaris worden en niet voorzitter, en dat lukte hem. Van alles krijgt hij binnen: mails, brieven, en andere zaken. Daarnaast houdt hij zich bezig met de indeling van het dorpshuis tijdens evenementen en is vrijwilliger bij andere organisaties. Zijn werk als secretaris is echter het belangrijkste voor hem. De liefde die hij voor Scharnegoutum voelt zorgt voor zijn gedreven spirit, waardoor een uitdaging hem niet snel te veel is.

2021
Een van Jans grootste klussen begon twee jaar geleden, toen hij een mail binnenkreeg met daarin de vraag of het dorpsbelang een zwemplek voor de kinderen van Scharnegoutum kon realiseren.

Jan, van nature een bezig bijtje, zette zijn tanden erin. Hij deed onderzoek naar geschikte plekken en hield de ouders van de kinderen op de hoogte. De plekken die werden geselecteerd presenteerde hij aan de rest van het dorpsbelang, die vervolgens groen licht gaven om de plekken met de ouders te bezoeken. Jan stuurde via de mail een uitnodiging naar de ouders. Voorlopig was het afwachten of er een nieuwe zwemplek zou komen. 

Het belang van een zwemplaats was niet alleen belangrijk voor de kinderen van Scharnegoutum, maar ook voor de andere dorpsbewoners. De kinderen sprongen zomers namelijk van het ‘blaue brêgje’ in het water dat het dorp omringt. Veel buurtbewoners hadden last van het lawaai van de kinderen, en wilden daarom een aparte zwemplek. Daarnaast voeren er veel kleine bootjes door het water, wat gevaar kon opleveren. Voor alle partijen was een speciale kinderzwemplek daarom een goed idee.

Op een warme zaterdagmiddag in mei maakte Jan zich klaar om met één van de andere vrijwilligers naar de uitgekozen zwemplek te gaan om deze aan de ouders te presenteren. Hij hoopte dat er veel mensen zouden komen, en dat het probleem met het blauwe brugje ook zou worden opgelost. Twee vliegen in één klap, en heel Scharnegoutum blij. Hij kuste Akke gedag en vertrok hoopvol naar de zwemplek aan de rand van het dorp. Het was afgezonderd van boten en huizen, waardoor de kinderen er met toezicht lekker hun ding konden doen. Hij parkeerde zijn auto in het mulle zand, en zag dat er naast de auto van de andere vrijwilliger nog niemand was. Dat maakte niet uit, want hij was tien minuten te vroeg. Jan begroette zijn collega en samen liepen ze even rond om dingen te bespreken die ze aan de ouders konden vertellen. Ze hadden hun plan nog even doorgenomen, en daarna was het wachten op de ouders. Vijf minuten gingen voorbij, toen tien, en er was nog niemand. Een kwartier later parkeerde een auto naast Jans auto. ‘’Sorry dat we laat zijn!’’ verontschuldigde de moeder zich, die een tienjarige jongen had meegenomen die schuchter achter haar aanliep.
‘’Zullen we maar beginnen?’’ vroeg Jan de andere vrijwilliger van het dorpsbelang. De kans was na een kwartier wachten klein dat er nog meer ouders en kinderen zouden komen.

Heden
De nieuwe zwemplek in Scharnegoutum liep uiteindelijk uit op een grote teleurstelling. Buiten de moeder en haar zoon waren er geen andere belangstellenden gekomen, en er was nog geen zwemplek uitgekozen. Jan voelde zich er moedeloos door en dacht bij zichzelf: ‘’Waar doe ik het voor?’’
Nog steeds is hij secretaris van het dorpsbelang, en hij doet het nog altijd met veel plezier. Desondanks zou hij er graag mee willen stoppen zodra hij een opvolger heeft gevonden. Het wordt tijd om van zijn pensioen te genieten. Eerst wil Jan zijn lopende projecten echter afronden. De zwemplek voor de kinderen is daar een van. Als zijn moeilijkste ‘zaak’ is opgelost, gaat de hardwerkende Jan het rustiger aan doen.