Zwoegen voor een droom

Door: Ruben Brasjen

Foto: Daniël Roddenhof

De metalen stang trilt in zijn handen. Daniël duwt, zijn gezicht vertrokken van inspanning, tot de barbell langzaam omhoogkomt. Hij legt de stang terug op het rek en blijft even liggen, hijgend. Boven hem het plafond van de oude zolderkamer. De geur van stof en roest. In de hoek staan dozen vol vergeten spullen van zijn ouders. Maar in het midden van de kamer: een bankje, een paar halters, een versleten matje. De plek waar hij begon met fitness.

Daniël is zestien als hij voor het eerst gewichten oppakt. Hij staat op het punt te beginnen aan de opleiding tot beveiliger. In zijn hoofd hoort bij dat beroep een breed, gespierd lichaam. Elke vrije minuut staat hij op zolder, met filmpjes van YouTube die hem begeleiden. Trillende handen en het zweet dat hem over de wangen naar beneden loopt als hij de gewichten weer verwisseld voor de volgende set. Hij wil sterker worden. Maar het wordt al snel meer dan dat.

Wat begint als motivatie, groeit uit tot een obsessie. Hij leert over bulken. Schalen vol rijst, bakken volle kwark, eindeloze hoeveelheden kipfilet, alles schuift hij naar binnen. Zijn spieren groeien, maar zijn buik ook. Zijn spieren verdwenen onder een laagje vet, dat moet anders. Hij begint met cutten. Elke maaltijd wordt afgewogen, elke calorie geteld. Zijn lichaam wordt steeds droger. De spieren spatten uit zijn lichaam. Maar ook zijn sociale leven droogt op. Hij was zo geobsedeerd met afvallen dat het niet meer gezond was. En niet alleen Daniël zelf ging eraan onder, ook relaties met vrienden en familie gingen kapot.

Tot Daniel een video van één van zijn beste vrienden ontvangt. Het is een video van hem zonder shirt. Hij schrikt zich rot als hij zichzelf ziet. De wallen onder zijn ogen en zijn ingevallen wangen vallen meteen op. Als hij verder kijkt ziet hij zijn uitstekende ribben. Die schrik is het begin van verandering. Hij vroeg zich af waar hij toch mee bezig was.

Daniël besluit het roer helemaal om te gooien. Hij verdiept zich in de wetenschap achter training en voeding. Niet meer om zichzelf uit te hongeren of op te pompen, maar om te begrijpen wat goed is voor zijn lichaam. Hij wil niet meer de vetrollen of de uitgestoken ribben, hij wil zijn lichaam leren kennen, en zijn droomfysiek op een gezonde manier behalen.

Sportcoach

Daniël is goed bezig met fitness en eten en besluit dat hij ook graag anderen wil helpen met fit worden. Hij begint online. Maakt trainingsschema’s. Geeft voedingsadvies. Maar hij mist iets. Echt contact met mensen, een band opbouwen. Op een dag stelt zijn businesscoach hem een simpele vraag: “Waarom begin je niet gewoon je eigen gym?” Daniël lacht. Hij? Een eigen sportschool? Maar hij kan het idee niet loslaten. Tijdens wandelingen, in bed voor hij gaat slapen. Het blijft door zijn hoofd spoken.

Hij bespreekt het met mensen die hem goed kennen. Mensen die zijn dalen hebben gezien. Met die vertrouwde kring gaat hij op zoek naar een ruimte. Zijn keuze valt op Dalfsen. Niet alleen omdat hij er vandaan komt, maar ook omdat hij merkt dat er behoefte is aan persoonlijke begeleiding. Geen massale sportschool waar je verloren tussen de apparaten staat. Maar een plek waar iemand naast je staat, je begrijpt.

In september 2024 opent Daniël de deur van zijn eigen gym. De gewichten glanzen nog. Op de muur een lichtgevend bord: Roddenhof Coaching. Als hij naar binnen loopt, ruikt hij nog net de geur van nieuw rubber. Hij laat zijn hand glijden over een dumbbell. Alles klopt. Alles is van hem. Het voelt totaal niet als zijn werkplek.

Eén van de eerste klanten die zich meldt is Matthijs. Een man van eind dertig, die met moeite de trap opkomt. Alles doet hem pijn: knieën, schouders, polsen. Zelfs fietsen is een opgave geworden. Tijdens een vakantie in de bergen wordt hij tijdens het wandelen ingehaald door een groepje bejaarden. “Dat was het moment,” vertelt Matthijs later. “Toen wist ik: zo wil ik niet verder.” Terug in Nederland ziet hij op Instagram dat Daniël een eigen gym is begonnen. Hij stuurt een bericht. Korte tijd later staan ze samen in de gym. Daniël merkt meteen dat Matthijs vastbesloten is. Hij bedenkt zich geen moment om hem te helpen.

De geur van ijzer en zweet vult de gym. Uit de speakers knalt stevige rockmuziek. Onder de pull-up bar staat Matthijs. Zijn handen klemmen zich om het staal. Een elastiek onder zijn voeten geeft hem net genoeg steun. Hij hijgt, trekt zichzelf omhoog. Eén keer. Twee keer. Er is veel aandacht voor techniek, houding en herstel. Niets wordt geforceerd. Na elke zet wordt gevraagd hoe de oefening voelt. Langzaam herstelt Matthijs. Hij loopt nu zes maanden later zonder problemen de trap op die maanden geleden als een oneindige berg aanvoelde.

“Kom op! Ogen boven de stang!” roept Daniël. Matthijs knikt. Hij is moe, maar lacht. “Zelfs als ik er helemaal doorheen zit, staat hij daar weer met z’n eeuwige enthousiasme,” zegt hij, grijnzend. “Hartstikke irritant.” Maar hij weet dat zonder Daniël hij dit nooit had gekund. De obstakelrun waarvoor hij nu traint was zes maanden geleden ondenkbaar. Waar een trap toen nog een vijand was, rent hij nu meerdere rondjes om het gebouw. Elke oefening brengt hem dichter bij een versie van zichzelf die hij dacht nooit meer terug te krijgen.

Matthijs is niet de enige. Steeds meer Dalfsenaren weten Daniël te vinden. Iedereen komt met een ander doel. De één wil kilo’s kwijt. De ander wil zonder pijn leven. Maar wat ze allemaal nodig hebben, is wat Daniël zelf ooit zo hard heeft gemist: iemand die voor je klaar staat. Die niet alleen zegt wat je moet doen, maar begrijpt waar je vandaan komt. Die luistert, kijkt, bijstuurt. En daar blinkt Daniël in uit.

Daniël loopt naar de telefoon toe waar de muziek op staat om de muziek wat harder te zetten. De spiegels trillen tegen de muur. Daniël gaat achter Matthijs staat en begeleidt de stang wanneer Matthijs deze naar beneden laat zakken. Coachen is veel meer een goed schema, het gaat om aandacht, tijd en je klant begrijpen. Zijn blik glijdt door de gym en er verschijnt een lach op zijn gezicht. Dit is alles waar Daniël zo hardt voor gewerkt heeft. Daniël is trots, trots op wat hij heeft neergezet.